| | verzachten [pijn] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | allay [pijn] - allayed
- allay
- allay
- allayed
- allayed
| |
| | verzachten [matigen] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | mitigate [matigen] - mitigated
- mitigate
- mitigate
- mitigated
- mitigated
| |
| | verzachten [temperament - slecht humeur] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | soften [temperament - slecht humeur] - softened
- soften
- soften
- softened
- softened
| |
| | verzachten [huid] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | soften [huid] - softened
- soften
- soften
- softened
- softened
| |
| | verzachten [geluid] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | soften [geluid] - softened
- soften
- soften
- softened
- softened
| |
| | verzachten [pijn] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | lessen [pijn] - lessened
- lessen
- lessen
- lessened
- lessened
| |
| | verzachten [pijn] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | soothe [pijn] - soothed
- soothe
- soothe
- soothed
- soothed
| |
| | verzachten [pijn] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | alleviate [pijn] - alleviated
- alleviate
- alleviate
- alleviated
- alleviated
| |
| | verzachten (v) [make less severe] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | alleviate (v) [make less severe] - alleviated
- alleviate
- alleviate
- alleviated
- alleviated
| |
| | verzachten [pijn] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | calm [pijn] - calmed
- calm
- calm
- calmed
- calmed
| |
| | verzachten [pijn] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | assuage [pijn] - assuaged
- assuage
- assuage
- assuaged
- assuaged
| |
| | verzachten [pijn] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | relieve [pijn] - relieved
- relieve
- relieve
- relieved
- relieved
| |
| | verzachten [pijn] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | ease [pijn] - eased
- ease
- ease
- eased
- eased
| |
| | verzachten [matigen] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | ease [matigen] - eased
- ease
- ease
- eased
- eased
| |
| | verzachten [pijn] - verzacht
- verzacht
- verzachten
- verzachtte
- verzachtten
| | comfort [pijn] - comforted
- comfort
- comfort
- comforted
- comforted
| |
